This months’ Quote Magazine features an interview with Allard van Hoeken, founder and CEO of Oceans of Energy, titled “Nieuwe zeehelden”.

Quote interview with CEO Allard van Hoeken

 

TEXT ONLY:

KNAPPE KOPPEN AAN DE KUST: NIEUWE ZEEHELDEN

De stijgende zeespiegel, een wereldwijd gebrek aan drinkwater en ontbossing om in onze toenemende voedselbehoefte te voorzien. Om deze klimatologische apocalyps af te wenden proberen slimme ondernemers de elementen naar hun hand te zetten.

Zonnestroom op zee

Dat nieuwe vormen van groene energie tijd en kapitaal kosten weet ook Allard van Hoeken (53). In zes jaar verstookt Oceans of Energy 20 miljoen euro aan subsidies en investeringsgeld om zonnepanelen op zee te krijgen. Er zijn mensen die de ondernemer voor gek verslijten ‘FD-journalist Hella Hueck noemde mij zelfs een megalomaan’, lacht Van Hoeken. Terwijl de rekensom volgens hem heel eenvoudig is. ‘Ik heb uitgerekend wat we kunnen opwekken als we al het beschikbare land volleggen met zonnepanelen’. En dan bedoelt hij écht het hele land. ‘Als we alle daken volleggen en alle snelwegen, spoortrajecten en parkeerplaatsen overdekken met zonnepanelen, kunnen we in maximaal 15 procent van onze energiebehoefte voorzien. Maar als we 5 procent van het Nederlandse deel van de Noordzee met zonnepanelen bedekken, hebben we de helft van de stroomvoorziening te pakken.’

Dus maakt Van Hoeken in zijn garage met een paar zonnepanelen de eerste systemen, die hij test op de Kagerplassen. De resultaten zijn bemoedigend, net als de eerste reacties wanneer hij met zijn plannen de boer op gaat richting overheid en grote bedrijven. Het helpt natuurlijk dat er niet zomaar een gekke uitvinder aanklopt: Van Hoeken verwierf in 2015 de titel Ingenieur van het Jaar voor zijn werk in getijdenenergie. Hij weet het kapitaal os te peuteren om een eerst serieuze proefopstelling te bouwen en in 2020 verrijst de eerste installatie op zee. Eerst vlak bij de kust, later pakt hij het boeltje op om het 12 kilometer uit de kust bij Scheveningen te plaatsen. Daar heeft de Nederlandse overheid ruimte vrijgemaakt voor startups om hun vindingen te laten testen. Oceans of Energy onderwerpt er zijn panelen aan de brute krachten van de natuur. Ciara, Eunice en de rest van het alfabet aan stormen trekken voorbij. ‘Het was spannend of onze systemen het zouden houden. Er kunnen duizend-en-een dingen kapot, maar ze hebben golven van 10 meter en stormen van 105 kilometer per uur doorstaan.’ Voor de stabiliteit van het systeem zorgen onderling verbonden drijvers. ‘We leggen eigenlijk een heel grote mat van lichtgewicht materiaal op het water. Zie het als pontons die aan elkaar worden gekoppeld.’ De mat zit op een paar punten verankerd aan de zeebodem.

Vanaf het begin betrekt Van Hoeken een marien bioloog bij zijn plannen. ‘Ik wilde niet na vijf jaar bouwen een technisch perfect product hebben en dan tegen andere problemen aanlopen.’ Ter illustratie: de zonnepaneelmatten houden licht tegen. ‘Uit onderzoek blijkt dat het pas problematisch wordt voor plaktonvorming als 20 procent van de zee is bedekt. Zo veel hebben we niet nodig. Bovendien komt er zonlicht tussen de drijvers door’, zegt Van Hoeken. De ingenieur ziet twee kansen voor zijn systeem. ‘In Nederland zou het logisch zijn om de zonnepanelen op windmolenparken te leggen, omdat die ruimte toch al is gereserveerd. Wanneer er veel wind is, is er weinig zon en omgekeerd. Bovendien kun je aansluitingen richting de wal delen.’ Dat laatste is nog wel een dingetje. Vanuit de overheid is er veel financiële steun en testruimte, zegt hij. ‘Maar er wordt niet nagedacht over een scenario als het een succes wordt. Zo is er bij parken die nu worden ontwikkeld geen aansluiting voor een kabel die wij kunnen gebruiken. Het zou handig zijn om daar met aanbestedingen rekening mee te houden.’ In andere gebieden ziet Van Hoeken mogelijkheden om zelfstandig zonneparken aan te leggen en via projectorganisatie uit te baten. Uitgelachen wordt hij inmiddels niet meer. ‘Er zijn concurrenten bijgekomen, maar wij hebben als enige al een installatie op zee.’

Go to original article on Quote.net